-
1 langen
langen1 voldoende, genoeg, toereikend zijn2 tasten, grijpen, pakken♦voorbeelden:1 es langt mir, mir langts! • ik ben het zat!es langt nicht hinten und nicht vorn, nicht hin und nicht her • hoe je het ook bekijkt, het is en blijft onvoldoendeer langte an den Kopf • hij greep naar zijn hoofder langte in seine Tasche • hij greep in zijn zakII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (aan)geven, (aan)reiken2 pakken, nemen♦voorbeelden: -
2 er langte in seine Tasche
er langte in seine TascheWörterbuch Deutsch-Niederländisch > er langte in seine Tasche
-
3 dive
n. duiken; tent--------v. duiken; hand in zak stoppendive1[ dajv] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 duik ⇒ het duiken, duikvlucht2 plotselinge snelle beweging ⇒ greep, duik♦voorbeelden:4 take a dive • de boksmatch ‘verkopen’————————dive2♦voorbeelden:dive for pearls • naar parels duikendive into one's studies • zich werpen/storten op zijn studie
См. также в других словарях:
Нидерландский язык — Самоназвание: Nederlands Страны: Нидерланды, Бельгия … Википедия
Нид. — Нидерландский Самоназвание: Nederlands Страны: Нидерланды, Бельгия, Суринам, Нидерландские Антильские острова, Аруба Официальный статус … Википедия
Нидерландский — Самоназвание: Nederlands Страны: Нидерланды, Бельгия, Суринам, Нидерландские Антильские острова, Аруба Официальный статус … Википедия